Zaadbalkanker (PID): H2 Zaadbalkanker en onderzoeken.
Patiënten Informatie Dossier
Hier leest u meer over de zaadballen (testis), hoe zaadbalkanker ontstaat en welke (vervolg)onderzoeken u kunt doorlopen.
De zaadballen:
De zaadballen zitten samen met 2 kleinere bijballen in de balzak. De bijballen liggen aan de achterkant van de zaadballen. Zaadballen worden ook wel teelballen, testikels of testis genoemd. Een ander woord voor balzak is scrotum.
Afbeelding 1: Tekening van de zaadballen.
Hoe werken de mannelijke geslachtsorganen?
- De penis, zaadballen en prostaat vormen samen de mannelijke geslachtsorganen.
- De zaadballen maken het mannelijke hormoon testosteron en zaadcellen aan. Zaadcellen rijpen uit in de bijbal.
- Bij een zaadlozing gaan de zaadcellen naar de zaadblaasjes. Samen met het zaadvocht vormen ze sperma.
- De prostaat maakt dit vocht aan.
- Het sperma komt via de plasbuis naar buiten.
Wat is zaadbalkanker:
In Nederland krijgen per jaar ongeveer 5900 mannen zaadbalkanker. Zaadbalkanker komt meestal voor bij mannen tussen de 18 en 39 jaar. Het is kankersoort die het vaakst voorkomt bij jonge mannen.
Het is belangrijk om zaadbalkanker zo vroeg mogelijk te herkennen, zodat u snel een behandeling krijgt. Want zaadbalkanker groeit vaak snel. Meestal geldt; hoe kleiner de tumor, hoe groter de kans dat u geneest. De meeste mannen met zaadbalkanker genezen helemaal. Dit betekent dat zij na de behandeling geen kanker meer hebben.
Wat is kanker?
Kanker is een verzamelnaam voor meerdere aandoeningen. Zaadbalkanker is er één van. Bij zaadbalkanker is er een kwaadaardige tumor in een zaadbal of soms in beide zaadballen ontstaan. Kwaadaardig betekent
- dat de tumor in de omliggende weefsels groeit en deze beschadigt. Hierdoor kunt u klachten krijgen.
- dat de tumor steeds blijft groeien. Waardoor het op de plaats waar het zit, schade aanricht.
- dat de tumor kan uitzaaien: uit de tumor kunnen cellen naar andere plaatsen in het lichaam gaan. Waar ze tot nieuwe tumoren uitgroeien.
Wat verhoogt de kans op zaadbalkanker?
Over de oorzaken van zaadbalkanker is nog weinig bekend. Sommige mannen hebben wel een grotere kans op het krijgen van zaadbalkanker:
- Mannen bij wie één of beide zaadballen rond de geboorte niet waren ingedaald.
- Mannen die eerder zaadbalkanker hebben gehad. Dit komt voor bij 2 tot 3 van de 100 mannen.
- Mannen met testisatrofie. Dat wil zeggen dat de zaadbal ineengeschrompeld is.
- Mannen met zaadbalkanker in de familie. Het is nog niet bekend of erfelijkheid een rol speelt omdat er nog geen genafwijking bekend is.
- Mannen met een afwijking aan je plasbuis. Normaal zit de opening op het topje van de penis. Soms zit de opening aan de onderkant of halverwege de penis, dit heet hypospadie.
- Mannen met een erfelijke aandoening die invloed heeft op de ontwikkeling van het geslacht. Bijvoorbeeld het androgeen ongevoeligheidssyndroom.
- Mannen met vruchtbaarheidsproblemen, waarbij het lichaam geen of niet genoeg zaadcellen aanmaakt.
Waaraan herkent u zaadbalkanker?
De meeste mannen met zaadbalkanker hebben zelf een verandering in de zaadbal ontdekt. De zaadbal is groter geworden of er zit een harde plek in de zaadbal. Ongeveer een op de drie patiënten heeft last van een dof, zwaar gevoel in de onderbuik, achter de balzak of in de balzak zelf.
Bij sommige mannen wordt zaadbalkanker ontdekt door de klachten die zij hebben door de uitzaaiingen. Meestal ontstaan er klachten door opgezette lymfeklieren. Deze kunnen pijnklachten geven, bijvoorbeeld pijn in de buik of rug. Soms zwellen de borstklieren of het gebied rond de tepels op. Dit geeft niet altijd pijnklachten. Daarnaast zijn er mannen die heel erg moe zijn of veel afvallen zonder te weten waardoor dit komt. Bij deze klachten is het goed om binnen een week naar uw huisarts te gaan.
Zelfonderzoek:
Het is belangrijk om regelmatig de zaadballen te onderzoeken. Het advies is om dit een keer per maand te doen. Voor mannen die een grotere kans hebben op zaadbalkanker is dit extra belangrijk.
Zo’n zelfonderzoek kan het beste na een warm bad of een warme douche. Bij dit onderzoek rolt u de zaadbal voorzichtig tussen uw duim en wijsvinger. Doe dit bij beide zaadballen, een voor een.
Voelt u een zwelling of verharding of voelt de zaadbal anders dan normaal? Ga dan binnen een week naar uw huisarts of specialist.
Onderzoeken:
- U gaat met uw klachten eerst naar de huisarts
- Daar gaat de huisarts u onderzoeken
- Denkt de huisarts dat u misschien zaadbalkanker heeft? Dan laat de huisarts een echo maken en stuurt u door naar de uroloog.
- De uroloog zal u meestal dezelfde dag nog op het spreekuur willen zien. Ook de uroloog doet onderzoek bij u.
- Daarnaast laat de uroloog bloedonderzoek bij u doen.
Echografie van de balzak en de buik:
Echografie is een onderzoek met behulp van geluidsgolven. Deze golven zijn niet hoorbaar. Maar de weerkaatsing (echo) ervan maakt organen en/of weefsels zichtbaar op een beeldscherm. Als er een tumor en/of uitzaaiingen zijn, dan komen deze tijdens de echo op beeld.
Bloedonderzoek:
Bij zaadbalkanker zijn er bij het bloedonderzoek een aantal stoffen meer aanwezig in het bloed. Deze stoffen heten tumormerkstoffen (tumormarkers). In het bloedonderzoek kijken wij naar.
- HCG of bèta-HCG ((bèta-)humaan choriongonadotrofine) en alfa-FP (alfa-foetoproteïne). Een verhoogde hoeveelheid van deze stoffen is vaak een aanwijzing voor zaadbalkanker.
- LDH (lactaatdehydro-genase). LDH is geen specifieke tumormerkstof. Maar de hoeveelheid LDH is wel bij bijna alle mannen met zaadbalkanker hoger dan normaal.
Extra onderzoek:
Operatie:
Een operatie waarbij de zaadbal wordt verwijderd is een eerste stap. Zie hiervoor hoofdstuk 3 over behandelingen.
Tot de uitslag van het weefselonderzoek er is, gaan we ervan uit dat u zaadbalkanker heeft. Daarom krijgt u vaak verder onderzoek naar uitzaaiingen. Vooraf aan de vervolgafspraak bij uw uroloog krijgt u een CT ingepland. Dat kan zijn tijdens uw opname of poliklinisch.
CT-scan (computertomografie)
Een computertomograaf brengt organen en/of weefsels erg precies in beeld. Heeft u uitzaaiingen? Dan zien wij dit tijdens deze scan. U krijgt bij zaadbalkanker altijd een CT-scan van de buik en van de longen.
Vormen van zaadbalkanker:
De uroloog moet weten uit welke soort cellen de tumor bestaat. Daarnaast moet bekend zijn hoe kwaadaardig deze cellen zijn. Weefselonderzoek geeft hierover informatie. Deze informatie bepaalt wat de best passende behandeling is voor u.
Kiemceltumoren aan de zaadbal zijn onderverdeeld in drie verschillende typen:
- Seminoom: Deze testistumor bestaat uit één type cellen. Deze cellen hebben nog kenmerken van primitieve kiemcellen. Het is meestal een goedaardige tumor. Deze tumor geeft niet snel uitzaaiingen. Seminomen zijn goed te behandelen met bestraling.
- Non-seminoom: Deze tumor bestaat uit allerlei verschillende type cellen. Het is een vrij agressieve tumor. Hij is meestal goed te behandelen met chemotherapie.
- Combinatietumoren: Deze tumoren bevatten zowel seminomen als non-seminomen. Deze tumor wordt altijd behandeld alsof het een non-seminoom is. Dit omdat de non-seminoom cellen in deze tumor het meest agressief zijn.
Deze gegevens samen geven de uroloog informatie over:
- De plaats en de grootte van de tumor
- Hoeveel de tumor is doorgegroeid in het weefsel, wat er omheen ligt
- Of er uitzaaiingen in lymfeklieren en/of organen ergens anders in het lichaam zijn
Bij zaadbalkanker wordt de volgende stadium-indeling aangehouden:
Stadia van zaadbalkanker:
- Stadium I: De ziekte is beperkt tot de zaadbal: er zijn geen uitzaaiingen gevonden.
- Stadium II: De ziekte is beperkt tot de zaadbal en de lymfekliergebieden onder het middenrif.
- Stadium III: De ziekte heeft zich uitgebreid naar de lymfekliergebieden boven het middenrif.
- Stadium IV: De ziekte heeft zich ook verspreid naar organen, zoals de longen en de lever.
Bron: www.isala.nl