Voedingsadviezen bij reuk- en smaakveranderingen.
Veel kinderen merken dat hun smaak verandert en sommige kinderen ruiken ook anders. Dit is vervelend en maakt het lastig om goed te blijven eten.
Hoe reuk en smaak verandert, verschilt per kind. Sommige kinderen proeven niets meer, andere hebben juist een veel sterkere smaak en bij sommige kinderen smaakt eten anders dan voor de behandeling. Veel kinderen krijgen een voorkeur voor hartig en zout en houden niet meer van zoet. Kinderen die anders ruiken verliezen hun reuk meestal niet, maar worden extra gevoelig voor geuren.
Oorzaken:
Reuk- en smaakverandering kunnen door de ziekte of de behandeling komen. Chemotherapie kan reuk- en smaakcellen aantasten en ook zorgen voor wondjes in de mond. Ook door infecties, een droge mond en andere medicijnen kan de smaak veranderen.
Meestal gaan reuk- en smaakveranderingen na de behandeling weer over, maar vaak duurt dit wel even. Hoelang precies verschilt per kind.
Wat kun je doen?
Voor kinderen kan het verwarrend zijn als eten ineens anders smaakt en voor veel ouders is het zoeken hoe ze hun kind het beste kunnen helpen. De volgende tips geven daarbij wat houvast.
Reuk en smaak kan zelfs per dag anders zijn. Daarom is het goed om dingen steeds opnieuw te blijven proberen en veel af te wisselen.
Als je kind weinig proeft:
- Versterk pap, yoghurt of havermout met kaneel of speculaaskruiden.
- Doe wat pesto, mosterd, piccalilly of sambal op een boterham of maak een tosti.
- Voeg verse kruiden of specerijen met een sterke smaak toe aan gerechten zoals basilicum, kaneel, gember, chilipeper, knoflook of munt
- Gebruik dressings of sauzen met een frisse of sterke smaak, zoals citroen- of limoensap, balsamicoazijn, mosterd, ketchup, mayonaise, chilisaus, sambal, piccalilly of yoghurt.
- Voeg krokante of frisse dingen toe aan een gerecht, zoals rauwe ui, gebakken uitjes, croutons, reepjes komkommer, kappertjes, augurkjes of zilveruitjes.
- Probeer groenten met een sterke smaak, zoals venkel, bleekselderij, knolselderij, ui, paprika of tomaat.
- Gebruik een dipsaus voor groenten, rauwkost of brood zoals een saladedressing, humus, tzatziki, guacamole of cocktailsaus.
Als je kind veel sterker proeft:
Gebruik producten met een neutrale smaak zoals:
- Brood, beschuit of crackers (zoals knäckebröd, creamcrackers of cracottes)
- Yoghurt, melk, jonge kaas of roomkaas
- Gekookte aardappelen, aardappelpuree, rijst of pasta
- Groenten met een zachte smaak, zoals komkommer, wortel, bloemkool of doperwtjes
- Kip of ei in plaats van vlees
- Voeg geen zout, peper of (pittige) kruiden toe aan het eten.
- Bereid vlees, vis, kip of vleesvervangers in olie met een neutrale smaak zoals milde olijfolie of zonnebloemolie.
- Vermijd eten met sterke geuren.
- Serveer eten koud of op kamertemperatuur, dan heeft het een minder sterke geur en smaak.
Als je kind het eten heel anders vindt smaken:
- Laat dingen die je kind niet lekker vindt op een gegeven moment eens terugkomen. Smaak verandert waardoor je kind ze misschien ineens wel lekker vindt of er weer aan wil wennen.
- Probeer eens iets nieuws.
- Combineer smaken, doe bijvoorbeeld in plaats van gewone boter kruidenboter op een boterham met kaas.
- Verse groenten en fruit smaken vaak beter dan groenten en fruit uit blik of diepvries.
- Houd samen met je kind een eetlijstje bij om erachter te komen wat wel en niet smaakt.
Als je kind last heeft van een vieze smaak:
- Verzorg de mond van je kind goed.
- Regelmatig kleine slokjes water of limonade drinken kan helpen.
- Laat je kind bij een vieze smaak of bij het doorspoelen van de lijn of VIT op een pepermuntje, snoepje of lolly zuigen.
Als je kind last heeft van (etens)geuren:
- Kook niet waar je kind bij is.
- Serveer eten koud of op kamertemperatuur, dan heeft het een minder sterke geur.
- Probeer eens een maaltijdsalade, koude soep of een smoothie van ingevroren fruit.
- Drinken smaakt en ruikt minder als je de beker afdekt en een rietje gebruikt.
Als je kind een sterke voorkeur heeft voor hartig:
- Probeer als tussendoortje rijstzoutjes, zoute stengels, noten, pinda’s, maisvingers, zoute popcorn of rijstcrackers (liever geen vette chips).
- Wissel brood af met iets knapperigs zoals crackers, beschuit of rijstwafels.
- Gebruik gerookte ham, uitgebakken salami, gerookte kipfilet, spekjes, ansjovis of (Parmezaanse) kaas om een stamppot, pasta, maaltijdsoep of salade meer smaak te geven.
- Gebruik in plaats van zout een scheutje (zoutarme) ketjap, (zoutarme) sojasaus, peterselie of bieslook.
- Probeer een gerecht met umami-smaak (hartig en eiwitrijk) zoals nasi, bami of misosoup.