Testosteron.
Als er één zaadbal verwijderd wordt, kan de andere zaadbal samen met de bijnieren voldoende testosteron aanmaken. Helaas wordt de laatste jaren een toename gezien van dubbelzijdige zaadbalkanker. Als beide zaadballen verwijderd zijn zul je niet meer voldoende testosteron aanmaken, want in de bijnieren wordt slechts 5% aangemaakt.
Testosteron is een belangrijk geslachtshormoon dat voor de ontwikkeling van de mannelijke geslachtskenmerken zorgt, zoals lichaamsbouw en beharing, en vorming van de mannelijke geslachtsorganen. Testosteron speelt ook een rol bij de productie van de zaadcellen en beïnvloedt het seksueel functioneren (zin in seks).
Op volwassen leeftijd zijn de symptomen van een tekort aan testosteron:
- minder zin in seks
- moeite met het krijgen van erecties
- verminderde vruchtbaarheid
- vermindering van spiermassa
- vermindering van lichaamsbeharing (bijvoorbeeld baardgroei)
- botontkalking
- stemmingsveranderingen, tot aan depressie toe.
Als een tekort aan testosteron ontstaat tijdens de puberteit kunnen penis en balzak klein blijven en wordt er geen normale lichaamsbeharing bereikt, zoals schaamhaargroei, borsthaar en baardgroei. Het is dus noodzakelijk om bij de verwijdering van beide zaadballen extra testosteron tot je te nemen. Dat heet een testosteron suppletie, met deze therapie wordt het testosterontekort behandeld en zullen bovengenoemde klachten afnemen en/of verdwijnen.
Behandeling
Er zijn verschillende middelen om het testosterontekort te behandelen:
- Orale toediening van testosteroncapsules was vroeger een van de meeste gebruikte methoden. Omdat de capsules een korte werkingsduur hebben is het vaak noodzakelijk om meerdere capsules verspreid over de dag in te nemen (na de maaltijd). Na inname schommelt je testosteronspiegel (het gehalte van testosteron in het bloed) wat klachten kan veroorzaken, bijvoorbeeld stemmingswisselingen. Een voorbeeld van een oraal middel is Andriol, dat bestaat in capsules van 40 mg.
- Een andere manier om een testosterontekort te behandelen is het toedienen van testosteron door middel van een injectie in het spierweefsel. Dit wordt intramusculaire toediening genoemd. Na de injectie ontstaat een hoog gehalte testosteron in je bloed, daarna wordt het niveau normaal en weer laag net voordat een nieuwe injectie gegeven moet worden. Door deze schommelingen kunnen er klachten ontstaan maar in mindere mate dan bij een oraal preparaat. Een voorbeeld van een injectiepreparaat is Sustanon, dat elke twee of drie weken moet worden toegediend. Je leert zelf de injectie te verrichten. De injectieplaats kan pijnlijk zijn.
- In de afgelopen jaren wordt testosteron vaak toegediend via de huid (transdermaal). Dit is meestal een gel die je op je huid smeert, zodat het wordt opgeslagen onder je huid en dan gedurende de hele dag langzaam in je hele lichaam wordt vrijgelaten. Je bloedspiegel is dan meestal constant en er vinden geen schommelingen plaats waardoor minder klachten ontstaan. Een voorbeeld van deze toediening is Androgel, dat je zelf eenmaal per dag op de huid aanbrengt, meestal op je buik of bovenarm en bij voorkeur ’s ochtends. Binnen enkele minuten is de gel droog.
Bij de behandeling met testosteron kunnen er bijwerkingen optreden, vaak veroorzaakt door een te hoog gehalte in het bloed. Voorbeelden zijn: verhoogde libido, langdurige erecties, hoofdpijn, duizeligheid, het vasthouden van vocht.
Bron: www.zaadbalkanker.nl