Operatie bij borstkanker.
Het ruim opereren vergroot de kans dat alle kankercellen inderdaad weg zijn. Een patholoog onderzoekt het weggenomen weefsel onder de microscoop op aanwezigheid van kankercellen in de snijvlakken van het weggenomen weefsel.
De uitslag van dit onderzoek geeft belangrijke informatie over het stadium van de ziekte en bepaalt mede of verdere behandeling noodzakelijk is. Er bestaan 2 soorten borstoperaties:
- borstamputatie (ablatio)
- borstsparende operatie
Borstamputatie
Bij een borstamputatie worden de hele borstklier (met vet- en bindweefsel) en de huid en tepel verwijderd. De onderliggende borstspieren blijven gespaard.
Het is mogelijk dat u enige tijd de vreemde gewaarwording heeft dat de weggehaalde borst er nog is. Dit wordt ‘fantoompijn’ genoemd. Het is een bekend verschijnsel bij mensen die een amputatie hebben ondergaan.
Borstsparende operatie
Een borstsparende operatie is een onderdeel van een borstsparende behandeling. Hierbij wordt alléén de tumor met omringend gezond weefsel verwijderd. Deze operatie wordt altijd gevolgd door bestraling.
Vóór de operatie zal de chirurg met u bespreken welke behandelmogelijkheden er zijn. Indien er in medisch opzicht geen voorkeur is, bieden beide behandelingen evenveel kans op overleving.
Bij de afweging tussen een borstamputatie of een borstsparende behandeling spelen medisch gezien verschillende factoren een rol, zoals:
- de grootte van de tumor ten opzichte van de omvang van de borst
- de eventuele aanwezigheid van meer tumoren in dezelfde borst
Uw leeftijd is niet van doorslaggevende betekenis. Wel is bij vrouwen jonger dan 35 jaar het risico op terugkeer van de borstkanker in de behandelde borst iets groter bij een borstsparende behandeling. Hoewel een operatie op korte termijn noodzakelijk is, betekent het niet dat u binnen enkele dagen over uw keuze van behandeling moet beslissen. Een tweede gesprek met bijvoorbeeld een radiotherapeut-oncoloog (bestralingsarts) en/of een mammacareverpleegkundige, schriftelijke informatie of contact met een lotgenote, kunnen helpen om tot een afgewogen beslissing te komen.
Borstgrootte
Na een borstsparende behandeling kan de behandelde borst van vorm en grootte verschillen van de andere borst. Meestal wordt de behandelde borst na verloop van tijd kleiner.
Een plastisch chirurg kan desgewenst beide borsten meer aan elkaar gelijkmaken. Dit kan hij doen door de behandelde borst te vergroten of de andere borst te verkleinen. Vraag bij uw verzekeraar of u deze kosten vergoed krijgt.
Wondgenezing na een operatie
- een drain voor wondvocht uit de oksel
- een drain voor wondvocht uit het wondgebied van de borst
Na gemiddeld 1 tot 5 dagen worden de drains verwijderd. Het gebeurt regelmatig dat er zich dan toch nog wondvocht ophoopt. Als dat last geeft, kan het vocht met een injectienaald opgezogen worden. Deze eenvoudige ingreep is meestal niet pijnlijk.
Zeker de eerste weken kan de wond pijn doen en trekken. De huid rond de wond kan enigszins verkleurd zijn en soms is het littekengebied wat gezwollen. Naarmate de wond geneest, worden deze verschijnselen minder.
Na een complete okselklieroperatie ontbreekt het gevoel in de huid langs de wondranden en aan de binnenkant en/of achterzijde van de bovenarm of is dit sterk verminderd. Dat komt doordat een deel van de gevoelszenuwen in het wondgebied is doorgesneden. Bij de meeste patiënten keert het gevoel in het wondgebied na verloop van tijd weer terug.
Opnameduur bij operatie borstkanker
Hoe lang u na de operatie in het ziekenhuis moet blijven hangt onder meer af van de uitgebreidheid van de operatie, uw conditie, en de opvang die er thuis is. Over het algemeen wordt de opnameduur steeds korter.Soms kunnen patiënten na een borstsparende operatie en schildwachtklierprocedure dezelfde avond nog naar huis. Zijn bij de operatie ook okselklieren verwijderd, dan duurt de opname enkele dagen langer. De opnameduur kan per ziekenhuis verschillen.