Onderzoek naar taalstoornissen bij kinderen met hersentumor: deelnemers gezocht.
Jaarlijks krijgen ongeveer 120 kinderen in ons land een hersentumor. Door die tumor, of de behandeling ervan, kunnen kinderen een taalstoornis ontwikkelen. Vânia de Aguiar is docent aan de RUG en doet onderzoek naar taal- en hersenontwikkeling bij kinderen. De resultaten kunnen helpen om behandelingen aan te passen en taalstoornissen te verminderen.
Vânia de Aguiar is geboren in Angola, opgegroeid in Portugal en vijf jaar geleden in Nederland komen wonen. Samen met haar onderzoeksgroep Child Language Disorders Lab heeft ze een taaltest ontwikkeld voor kinderen om daarmee hun taalniveau te bepalen.
'Wij onderzoeken kinderen met een hersentumor, waarbij de tumor aan de achterkant van het hoofd zit: in de kleine hersenen. Bij ons is dan nog niet bekend wat voor taalstoornis de kinderen hebben en daarom doen we dit onderzoek.'
Taalontwikkelingsstoornis:
Bij een kind met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) loopt de taalontwikkeling opvallend achter op die van andere kinderen van dezelfde leeftijd. 'Ze moeten soms lang zoeken naar een woord of gebruiken verkeerde woorden, omdat ze de juiste betekenis nog niet weten. Ook maken ze fouten in de volgorde van woorden in een zin.'
De 5-jarige Salvador is bezig met een taaltest.
Omdat veel leeftijdsgenootjes al beter kunnen praten, levert dat bij sommige kinderen frustraties op. 'Kinderen met TOS kunnen zichzelf niet zo goed uitdrukken of niet goed uitleggen wat ze willen zeggen. In ons onderzoek kijken wij naar wat voor afwijkingen in de hersenen van kinderen met TOS bestaan, en of deze een relatie hebben met hun taalstoornis.'
'Met de resultaten van het onderzoek kunnen logopedisten met de kinderen aan de slag om ze te helpen met hun taalstoornis. Eerst moet je een goede diagnose hebben, daarna kun je een goed behandelplan opstellen.'
Kinderen nodig voor onderzoek:
De Aguiar is drie jaar geleden gestart met haar onderzoek. Het is echter lastig om kinderen te vinden die willen meewerken aan haar onderzoek. 'We hebben veel kinderen nodig om het onderzoek goed te doen. Het kost veel tijd om deelnemers te vinden. Je hebt zowel kinderen met taalstoornissen als kinderen zonder taalstoornissen nodig.'
Vânia de Aguiar (links) houdt de resultaten van de taaltest nauwlettend in de gaten.
'We zijn bezig om een proefpersonendatabase te bouwen, waar mensen die het leuk vinden om deel te nemen aan taalonderzoek zichzelf of hun kinderen kunnen aanmelden. Kinderen vinden het heel leuk om mee te doen. Bijna alle testen worden op een laptop uitgevoerd, dus we hebben veel leuke animaties voorbereid, zodat kinderen op een speelse manier dit onderzoek kunnen doen.'