Meer aandacht voor pijn bij patiënten met kanker.
Dr. Robbert van der Voort, medical writer schreef voor 'Oncologie up to date' dit artikel over Pijn bij Kanker, de nieuwe richtlijn en het werk van onze stichting.
Hoewel kanker vaak gepaard gaat met pijn, wordt er aan deze pijn niet altijd voldoende aandacht geschonken. Er zijn aanwijzingen dat bij ongeveer een derde van de patiënten met kanker de pijn zelfs wordt onderbehandeld. Anesthesioloog-pijnspecialist dr. Nick van Dasselaar (Reinier de Graaf, Delft) en internist-oncoloog en hospice-arts dr. Alexander de Graeff (UMC Utrecht en Academisch Hospice Demeter in De Bilt) vertellen hoe onder andere scholing, het verstrekken van informatie en de nieuwe richtlijn voor pijn bij patiënten met kanker deze situatie kunnen verbeteren.
Grofweg kunnen er twee soorten pijn onderscheiden worden: nociceptieve en neuropathische pijn. Waar er bij nociceptieve pijn sprake is van weefselschade, zoals bij botmetastasen, is de pijn bij patiënten met neuropathische pijn het gevolg van schade aan het perifere of centrale zenuwstelsel. Deze schade kan bijvoorbeeld veroorzaakt worden door chemotherapie of doordat tumoren zenuwbanen invaderen. "Afhankelijk van de soort, intensiteit en duur kan pijn behandeld worden met paracetamol, NSAID's en (ultra-) kort- en langwerkende opioïden. Daarnaast kan zenuwpijn medicamenteus worden behandeld met anti-epileptica of antidepressiva en soms met zenuwblokkades. Omdat de pijn na behandeling niet altijd volledig verdwijnt, moeten patiënten hier ook mee leren omgaan. Er zijn dus verschillende opties om de pijn te behandelen. Het lastige is dat artsen van verschillende disciplines deze behandelingen mogen voorschrijven en dat patiënten vaak te laat door pijnspecialisten worden gezien. Bovendien blijkt uit onderzoek dat pijn door kanker bij ongeveer een derde van de patiënten wordt onderbehandeld", aldus Nick van Dasselaar.
Stichting Pijn bij Kanker:
Kankerpatiënten maken pijnklachten vaak pas in een laat stadium kenbaar. Van Dasselaar: "Voor een deel komt dit doordat patiënten met kanker in eerste instantie vooral bezig zijn met overleven en hun pijn van onder schikt belang vinden. Voor een ander deel heeft het waarschijnlijk te maken met een gebrek aan informatie en suboptimale communicatie tussen de patiënt en zijn zorgverleners. Daarnaast zijn patiënten vaak bang voor pijn en voor verlies van autonomie door pijnmedicatie. En als patiënten niet over pijn durven te praten, heeft hun behandelaar er vaak onvoldoende oog voor. Patiënten zouden er veel eerder op gewezen moeten worden dat ook hun pijn behandeld kan worden en dat dit niet ten koste gaat van de behandeling van hun maligniteit. Tegelijkertijd dienen de behandelaars te leren om vaker naar pijn te vragen en beter te beseffen dat er verschillende mogelijkheden zijn om de pijn te behandelen."
Zowel het opleiden van zorgverleners als het informeren van patiënten met kanker behoort dan ook tot de belangrijkste aandachtspunten van de Stichting Pijn bij Kanker, waarvan Van Dasselaar voorzitter is. "Voor de scholing van zorgverleners hebben we de Cancer Pain Academy opgezet. In het kader van deze academie nodigt de stichting onder andere huisartsen, internist-oncologen en radiotherapeuten uit om onder andere aan de hand van casus te bespreken welke soorten pijn we kennen en welke opties en centra er zijn voor de behandeling van pijn bij kanker.
Voor patiënten met kanker en hun naasten hebben we onder andere het project 'Pijn? Praat erover...!' ontwikkeld. Doel van dit project is het stimuleren van gesprekken over pijn bij kanker tussen ervaringsdeskundigen en hun naasten. Daarnaast ontwikkelt de stichting een 'pijnkaart' met informatie over pijn bij kanker, die patiënten kunnen gebruiken tijdens gesprekken met zorgverleners. Al deze projecten drijven op de inzet van vrijwilligers, waarvan we er overigens nog veel kunnen gebruiken!"
Bewustwording:
Onder andere door het werk van de Stichting Pijn bij Kanker is er de laatste jaren steeds meer aandacht voor pijn bij kanker. Zo ook binnen de geneeskundeopleiding en de nascholing voor specialisten. Daarnaast bestaat de mogelijkheid voor anesthesisten om zich te scholen tot pijnspecialist. Bij verschillende academische centra zijn hoogleraren Pijngeneeskunde aangesteld.
"Hoogleraren als prof. dr. Frank Huygen van het Erasmus MC te Rotterdam en prof. dr. Kris Vissers van het Radboudumc te Nijmegen maken zich bovendien sterk om pijn bij kanker bij de politiek en zorgverzekeraars onder de aandacht te brengen en meer bewustwording te creëren.
Op het internationale vlak zijn met name de European Pain Federation, het World Institute of Pain en de International Association for the Study of Pain actief."
Alexander de Graeff voegt daaraan toe: "Als je kijkt naar de kennis over pijn en de behandeling daarvan is die aanzienlijk toegenomen vergeleken met tien of twintig jaar geleden. Dit komt met name door een veranderde attitude, verbeterde scholing, beter onderzoek en de implementatie van richtlijnen. Toch is er zeker nog ruimte voor verbetering."
Nieuwe richtlijn:
Sinds 1995 bestaat er een consensus-based richtlijn voor pijn in de palliatieve fase. Daarvan dateerde de recentste versie uit 2015. Daarnaast bestond er, op initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA), de richtlijn 'Diagnostiek en behandeling van pijn bij patiënten met kanker'. Ook van deze evidence-based richtlijn dateerde de recentste versie uit 2015. "Recentelijk werden beide richtlijnen, waar nodig, herzien en samengevoegd in de in februari gepubliceerde richtlijn 'Diagnostiek en behandeling van pijn bij patiënten met kanker'.1 Deze nieuwe richtlijn bevat tevens een aantal nieuwe modules, is evidence-based en omvat zowel de curatieve als palliatieve fase bij kanker. Nieuwe modules zijn bijvoorbeeld die over het gebruik van analgetica bij leverproefstoornissen en opioïdgeïnduceerde hyperalgesie. De richtlijn was een initiatief van de NVA en is tot stand gekomen in samenwerking met IKNL, de Federatie Medisch Specialisten en een groot aantal beroepsverenigingen, waaronder het Nederlands Huisartsen Genootschap, de Nederlandse Internisten Vereniging, de Patiëntenfederatie Nederland en de Nederlandse Federatie van Kankerpatiënten Organisaties. De nieuwe richtlijn wordt dus breed gedragen. Momenteel timmeren we hard aan de weg om de nieuwe richtlijn onder de aandacht te brengen. Dit doen we onder andere door interviews te geven en artikelen te schrijven voor verpleegkundigen en medisch specialisten. Ook is de nieuwe richtlijn verwerkt in informatie voor patiënten op de patiëntgerichte website Kanker.nl. Voor een optimale pijnbestrijding moeten wij als pijnbehandelaars patiënten zo goed mogelijk informeren en instrueren", aldus De Graeff.
Bron: www.stichtingpijnbijkanker.nl