Hoe kan ik zo makkelijk mogelijk slikken als de slijmvliezen van mond of keel opzwellen?
Door bestraling van het mond-keelgebied raken de slijmvliezen van de mond en de slokdarm geïrriteerd. Een van de gevolgen hiervan is dat de slijmvliezen opzwellen. Hierdoor is er minder ruimte voor het voedsel.
avocado.
We hebben een aantal tips voor u verzameld:
Kies voor zachte, smeuïge of vloeibare voeding.
Kies voor brood zonder korst met smeerbaar beleg. Denk eens aan een slaatje, groente of sandwichspread, zacht fruit of fruitmoes, vette vis, vis uit blik, zacht gebakken vis, een roerei, omelet of ragout. Brood kunt u ook zachter maken door het in melk of yoghurt te leggen.
In plaats van brood kunt u ook pap, vla, yoghurt, kwark of pudding nemen, waarin u muesli of cruesli zacht heeft laten worden.
Pastagerechten met saus glijden makkelijk.
Aardappels kunt u prakken en met jus extra smeuïg maken. U kunt aardappels beter niet met een staafmixer of keukenmachine fijn maken, ze worden dan 'lijmerig'.
Kook groente goed gaar en voeg een sausje of klontje boter toe. Rauwkost is vaak te hard. Zachte groentesoorten zijn bijvoorbeeld andijvie, bloemkool, broccoli, koolsoorten, sperziebonen, witlof, worteltjes, spinazie en doperwten. Snijd vezelige groente als doperwten, maïs, champignons, asperges en bleekselderij goed fijn en eet ze met veel saus. Ook kunt u de groente weleens vervangen door stoofpeertjes, appelmoes of tuttifrutti.
Kies voor zacht vlees of zachte vis. Vet vlees (zoals worst, doorregen varkensvlees, half om half gehakt) is vaak wat zachter. Zorg dat u het vlees en de vis niet te hard bakt, dit kan pijnlijk zijn bij het slikken. Vis kunt u prima stomen of stoven, ook vis uit blik is zacht. Vegetarische producten zoals tahoe en tempeh zijn een goed alternatief.
U kunt gerechten smeuïger maker door er een saus bij te serveren of door room, roomkaas of en scheutje bouillon toe te voegen. Ook kunt u Franse kaas, roomkaas of geraspte kaas door groente of aardappelpuree doen.
Fruit kunt u goed pureren, zacht fruit is vaak makkelijker door te slikken dan hard fruit zoals appels en ananas. Voorbeelden van zacht fruit zijn aardbei, banaan, framboos, kiwi, mango, meloen, nectarine, peer, perzik en pruim. Fruit uit blik is ook vaak zacht, maar levert minder vitamines dan vers fruit. Toch is het een goed alternatief als het u niet lukt om vers fruit klaar te maken.
Vermijd harde voedingsmiddelen die het slijmvlies kunnen beschadigen zoals noten, hard fruit, korstjes en hardgebakken gerechten.
Bij gemalen voeding: de verschillende etenswaren apart malen en serveren. Zo blijven de smaken gescheiden en de producten herkenbaarder. U kunt eventueel de verschillende etenswaren met een ijslepel op het bord scheppen. Snijd of maal voedsel zeer fijn en breng het vervolgens met vocht, room, jus of saus op de gewenste dikte. Als u weinig energie hebt kunnen potjes babyvoeding handig zijn.
Ga niet onnodig snel over op vloeibare voeding. Kauwen heeft een gunstige werking op de smaak en de speekselproductie.
Hebt u het idee dat u ondanks deze tips onvoldoende voeding binnen krijgt? Neem dan contact op met uw verpleegkundige of arts. Zij kunnen u doorverwijzen naar de diëtist die uw voeding zal beoordelen en adviezen kan geven om de inname te verhogen.
Tussendoortjes:
Tussendoortjes zijn net zo belangrijk als het ontbijt, de lunch en de avondmaaltijd. Als u zes tot zeven keer per dag iets eet, krijg u meer voedingsstoffen binnen. Dit is zeker het geval als u een vloeibare voeding heeft. Tussendoortjes zijn ook belangrijk als u bij de hoofdmaaltijden minder eet dan u gewend was.
Voorbeelden van geschikte tussendoortjes zijn:
Fruit:
zacht fruit is vaak makkelijker door te slikken. Zachte vruchten zijn: aardbei, banaan, framboos, kiwi, mango, meloen, nectarine, peer, perzik en pruim. Fruit uit blik is meestal zachter dan vers fruit maar levert minder vitamines. Fruit kan prima worden gemalen, geraspt of geperst. Ook kunt u gebruikmaken van een sapcentrifuge.
Zoet:
cake, zacht gebak (slagroom-, mokka- en kwarkgebak, een soesje, roombroodje en moorkop) en zachte koek (mergpijpje, ontbijtkoek, eierkoek, kleuterbiscuit, lange vinger en gevulde koek). Harde koekjes kunt u zacht maken door ze in een drank te dopen. Denk ook aan zacht snoep (schuimpjes, tumtum, spek, negerzoen, yoghurtgum, marsepein, bonbons met een zachte vulling) en ijs. Deze zoete producten zijn niet goed voor de mond en het gebit. Het is daarom wel van belang om te zorgen voor een goede mondverzorging.
Hartig:
stukje zacht brood met paté, smeerkaas, (lever)worst, Franse kaas, roomkaas, slaatje, ragout, tartaar, filet américain, haring of paling. Of een snack (fricandel, hotdog, saté, de vulling van een kroket, een stukje roomkaas eventueel gerold in een plakje zachte vleeswaar als worst of ham) of een stukje gebakken vis (lekkerbekje, schol en kibbeling) met saus.
Neem eens een (kant-en-klare) milkshake.
Bron: www.voedingenkankerinfo.nl