‘Hoe donker ook, je ontdekt altijd een cadeautje’.
Auteur: Madeleine van de Wouw -hematon.nl
Beeld Hans Lubout.
Peter Doppen:
Toen Peter in het ziekenhuis lag en hoorde dat het nooit meer goed zou komen, kwam er strijdlust in hem naar boven. ‘Een positieve woede. Ik koos ervoor om niet op te geven.’
Peter Doppen (44) struikelde in 2013 over een wasmand, kwam in het ziekenhuis met een gebroken rug en kreeg, geheel onverwacht, de diagnose multipel myeloom en ook de mededeling: 'u kunt waarschijnlijk nooit meer lopen'. Die woorden waren voor Peter onverteerbaar. En hij bewees dat het kon: hij kan weer lopen, maar ook drummen, optreden, lesgeven én een boek schrijven over zijn ervaringen, worstelingen en herstel.
Met dat boek Mijn dans met kanker hoopt hij mensen te inspireren. ‘Niet alleen mensen met multipel myeloom, maar alle mensen die een ‘struggle for life’ voeren. Dat kan kanker zijn, maar ook een andere ziekte waardoor je het op een bepaald moment niet meer ziet zitten en wellicht de hoop opgeeft. Ondanks dat medici misschien een negatief vooruitzicht schetsen, hoef je het niet op te geven.’
Veerkracht:
Het duurde al met al tien jaar voor het boek klaar was, maar wat is hij blij met het resultaat. ‘Mensen die het gelezen hebben, zeggen dat het een inspirerend verhaal is over hoe je om kunt gaan met bepaalde tegenslagen en de veerkracht die je dan blijkt te hebben. Het klinkt misschien gek om te zeggen, maar dat is erg leuk om te horen.’
Peter vertelt nu openhartig over zijn ziekte, maar dat was vlak na zijn diagnose zeker niet het geval. Slechts een handjevol intimi wist wat er met hem aan de hand was, ook om te voorkomen dat mensen hem met andere ogen zouden bekijken. Daarnaast kon hij simpelweg niet uitleggen waar hij doorheen ging en welke impact de diagnose had. Van een gezonde, actieve jongeman werd hij een ziek persoon die een hele stellage in zijn rug kreeg geschroefd, een incomplete dwarslaesie had en alleen nog maar stil op bed kon liggen.
‘Ik had ook helemaal geen zin om snel aan mensen te vertellen wat er mis was, omdat dit de lading absoluut niet zou dekken. En als het de lading wel zou dekken, moest ik het op zo’n manier vertellen dat het heel schokkend zou zijn. Dan komt er ineens heel wat op iemand af. Daarnaast dacht ik: wie zit er nu op dat hele verhaal te wachten?’
‘Toen ik net in het ziekenhuis lag, gaf een vriendin me een schrift om bij te houden wat er allemaal gebeurde. Dat is een gouden cadeau geweest. Er komt zoveel op je af, je bent met zoveel dingen bezig, zowel emotioneel als fysiek. Alles opschrijven hielp mij enorm om ermee om te gaan.’
Weer lopen:
Tijdens zijn revalidatieperiode benadrukte zijn revalidatiearts elke dag dat hij waarschijnlijk nooit meer zou lopen. Nog steeds klinkt hij een beetje boos als hij zegt: ‘Ik werd daar heel kwaad over. Ik zei dat hij dat niet voor mij kon bepalen. Dat, áls er nog een mogelijkheid bestond dat ik wel zou kunnen lopen, het de moeite waard was om voor te knokken. Dat is ook de kritiek die ik heb op sommige mensen uit de medische wereld. Ik snap dat ze geen valse hoop mogen geven, maar je hoeft mensen ook geen doemscenario’s door de strot te duwen.’
Door zijn enorme inzet liep hij dus wél weer na twaalf weken. Sterker nog: hij zat ook weer achter zijn drumstel. ‘Ik gaf mijn eerste show, die zeker niet mijn beste was. Maar ik zat er toch.’
Na het concert pakte hij de draad van zijn leven weer op: drummen in twee bands en lesgeven aan studenten. ‘Ik doe het allemaal weer. De enige aanpassing die ik moest maken, is de hulp inzetten van een roadie om te helpen tillen, op- en afbouwen. Dat is praktisch, maar is ook gezellig. Het is een mindset om zo creatief te worden dat je een manier vindt om dingen wel te kunnen doen.’
Dagboek:
Zijn dagboek vormde de basis voor zijn boek. Emotioneel: ‘Het is soms heftig om weer terug te gaan in de tijd. Af en toe dacht ik: laat maar, ik wil die herbeleving niet in. Maar het liet me niet los en uiteindelijk kon ik niet stoppen. Het werd therapeutisch, ik heb dingen van me afgeschreven. Hoe kan dat beter dan in letters die je af en toe kunt wegleggen om het te verwerken. Ik kon zo mijn eigen tempo bepalen waarmee ik de informatie opschreef.’
Zijn toenmalige vriendin is de rode draad in zijn verhaal. ‘Ik heb toen niet aan veel mensen verteld wat mijn diagnose was. Nu vertelde ik, buiten haar, aan bijna niemand dat ik een boek schreef. Ik wist niet eens of ik het wel zou kunnen. Ik had haar nodig om alles op een rijtje te zetten. Zij vulde mij aan, had foto’s die we in het boek gebruikten. Ze wist precies waar ik doorheen was gegaan en kende al mijn emoties. Weet je, je verliest een heel stuk in je ervaring. Ik heb een heel goed geheugen, maar als je zoveel pijn hebt en zo hard bezig bent met je herstel, dan is het heel fijn als je dingen op schrift hebt en er iemand is die precies weet wat je hebt doorgemaakt.’
‘Helaas zijn wij elkaar toch op een bepaald moment kwijtgeraakt. Ik heb me in mijn eigen proces niet gerealiseerd hoe zwaar mijn ziekte en herstel voor mijn vriendin waren. Het was voor haar moeilijk dat ik vooral aandacht had voor mezelf en niet voor haar gevoelens. We hebben het nog geprobeerd samen, maar besloten uiteindelijk om toch uit elkaar te gaan. Ik ben haar ontzettend dankbaar voor alles. We houden nog veel van elkaar en zullen door deze ervaring voor altijd met elkaar verbonden zijn.’
TED-talks:
Peter ontdekt dat door het boek en de presentaties mensen hem dingen vertellen die hij niet van hen wist. ‘Zo vertelde de zangeres van een van de bands waarin ik speel, dat ze door mijn openhartigheid ook iets met mij wilde delen. Dat is zo mooi! Het geeft zoveel meer begrip en je krijgt zo’n andere band met elkaar.’
Het boek en de presentaties smaken naar meer. ‘Ik heb lijntjes uitgezet voor presentaties, zoals bijvoorbeeld in het revalidatiecentrum De Hoogstraat waar ik was. Ook lijkt het me geweldig om TED-talks te geven in combinatie met een drumsolo. Ik wil mijn werelden samenbrengen en laten zien dat je zoveel draagkracht kunt halen uit moeilijke situaties. Als ik iemand kan helpen om door te kunnen gaan en te inspireren, ben ik blij. Het belangrijkste? Kijk wat er op je pad komt, zet de deur open. Geef jezelf af en toe een schop onder je kont en omarm de power die dan loskomt. Dat is machtig mooi.’
Bron: www.hematon.nl/ervaringen