Hans heeft uitgezaaide kanker: ‘Niks rustig afbouwen richting mijn pensioen, maar heel abrupt’.
Auteur: Anne-Marije Buckens - ad.nl/economie
Foto: Getty Images.
Aan het werk: Anne-Marije Buckens heeft ruim tien jaar een bedrijf waarmee ze 50-plussers aan werk helpt. Deze week de wijze les van Hans.
Net zoals veel mensen van zijn leeftijd, dacht Hans (59) al regelmatig even aan zijn naderende pensioen. Nog zeven jaar werken en dan zou hij vrij zijn. Hij keek ernaar uit om te gaan reizen met zijn vrouw, te gaan wielrennen met zijn fietsclub en eindelijk te beginnen aan die stapel boeken op zijn nachtkastje. Hans genoot van zijn werk als operationeel manager bij een kwekerij, maar keek ook uit naar de volgende levensfase.
‘En die gaat er dus niet meer komen’, vertelt Hans. ‘Ik heb te horen gekregen dat ik kanker heb. Uitgezaaid. Ik dacht dat ik nog alle tijd had, maar opeens zat ik tegenover een arts die tegen me zei dat ik beter kon gaan nadenken over mijn afscheid.’
In de weken die volgden, moest Hans van alles regelen. Niet voor later, maar voor nu. Zijn nalatenschap, zijn uitvaart én het beëindigen van zijn werk.
‘Niet iedereen haalt zijn pensioen, maar we richten onze loopbaan in alsof dat wél vanzelfsprekend is’, vertelt Hans. ‘We stellen uit, denken dat we nog tijd genoeg hebben. Maar soms is tijd een luxe die je niet krijgt.’
‘Een paar maanden geleden heb ik nog geprotesteerd tegen de afschaffing van de Regeling Vervroegd Uittreden’ zegt Hans schamper. ‘Je weet wel, die regeling die het mogelijk maakt om eerder te stoppen met werken als je een zwaar beroep hebt. Ik kreeg zo’n mailtje van de vakbond en sloot me aan. Vind je het niet ironisch? Nu mag ik vervroegd uittreden, is het weer niet goed.’ Ik hoor een bulderende lach door de telefoon.
Hans volgt geen loopbaantraject. Natuurlijk niet. Hans kwam via-via op mijn pad omdat hij zijn verhaal wilde doen.
‘Ik ben altijd de man geweest die nog zoveel plannen had. Ik kon mopperen op de vergaderingen, maar hield stiekem zielsveel van mijn vak. Ik heb altijd tegen collega’s geroepen dat ik echt geen afscheid wilde met een lullige taart en een cadeaubon op mijn laatste werkdag. Nu zal het wel natte cake worden.’ Hans is zijn humor niet verloren.
Even later wordt Hans serieuzer:
‘Het voelt allemaal heel onwerkelijk. Ik zat nog volop in het werk en nu ben ik opeens bezig om alles over te dragen. Niks rustig afbouwen richting mijn pensioen, maar heel abrupt. Dat doet heel veel pijn. Ik was hier nog helemaal niet aan toe. Tegelijkertijd heb ik ook een missie gevonden in mijn lot. Ik wil mensen laten inzien dat je pensioen geen vanzelfsprekendheid is en dat je niet zoveel moet opgeven om dat pensioen zo veilig mogelijk te halen. We zijn een stel bange poeperds die hun loopbaan zien als een race om de centen en de zekerheid. Maar als je dan toch bijna je hele leven werkt, haal er dan liever uit wat erin zit. Uiteindelijk kun je het allemaal toch niet mee je kist in nemen.’
‘Jouw stukjes komen op zaterdag in de krant toch?’, besluit Hans zijn verhaal. ‘Zeg maar tegen de mensen dat ze vandaag wat leuks voor zichzelf moeten gaan doen, dat ze risico’s moeten durven nemen en dat ze maandag hun baan moeten opzeggen als ze het een rotbaan vinden. Die goede CAO en dat goede pensioenfonds zijn het niet waard om je talenten, dromen en ambities voor aan de wilgen te hangen.’
Bron: www.ad.nl