Archiefbeeld ter illustratie. 

Foto: Shutterstock / Triff

Londense artsen zijn erin geslaagd om een agressieve hersentumor minstens de helft te doen krimpen dankzij een veelbelovende nieuwe behandeling, waarbij een radioactief medicijn rechtstreeks in de tumor wordt ingespoten.

Paul Read, een 62-jarige ingenieur uit het Britse Luton, is de eerste patiënt die wordt behandeld met de experimentele behandeling. In december vorig jaar kreeg hij te horen dat hij een terugkerend glioblastoom heeft, een agressieve vorm van hersenkanker die de meeste patiënten binnen 18 maanden fataal wordt. De man werd meteen geopereerd en onderging bestralingen en chemotherapie, maar in juli bleek dat de tumor opnieuw gegroeid was. “Ik verwachtte volledig dat de tumor zou terugkeren vanwege zijn agressieve aard", vertelt Read aan het Britse ‘Sky News’. “Ik wist dat de prognose niet goed was en ik stond open voor andere mogelijkheden.”

Een van die “andere mogelijkheden” bleek een nieuwe studie, geleid door het University College London Hospital (UCLH), gericht op het genezen van de ziekte. De 62-jarige ingenieur werd de eerste patiënt in de CITADEL-123 studie, waarbij chirurgen eerst zoveel mogelijk van de tumor verwijderen, om vervolgens een klein apparaatje, een Ommaya reservoir, onder de hoofdhuid te implanteren. Dat apparaat injecteert een nucleair medicijn genaamd ATT001 rechtstreeks in de tumor om zo kleine hoeveelheden radioactiviteit toe te dienen.

Gedurende vier tot zes weken wordt op die manier dagelijks een dosis van het medicijn, dat helpt bij het herstellen van DNA-schade in cellen, ingespoten. Het moet dodelijke schade toebrengen aan de tumorcellen maar gezond weefsel onaangetast laten. “Primaire hersentumoren zaaien niet uit naar andere delen van het lichaam en blijven meestal op dezelfde plaats in de hersenen”, legt oncoloog Paul Mulholland, die de studie leidt, uit. “Ze verspreiden zich niet naar de rest van het lichaam, dus een gerichte aanpak - direct in de tumor - is logisch.”

Veelbelovende resultaten:

De eerste resultaten van de experimentele behandeling bij Read zijn veelbelovend. Sinds de start van de behandeling is de tumor met de helft gekrompen. “Erg opmerkelijk bij een patiënt met zo’n agressieve tumor”, zegt de oncoloog daarover.

Ook Paul Read zelf is optimistisch en vooral dankbaar dat hij deel kon uitmaken van de klinische studie. “Deze studie was een reddingslijn, aangezien ik statistisch gezien nog een jaar of minder te leven had,” vertelt hij. Sinds de behandeling, waarvan hij naar eigen zeggen geen bijwerkingen heeft ervaren, voelt Read zich “erg goed”. “Het zou geweldig zijn als deze behandeling mij helpt, en als dat niet zo is, dan is dat zo”, besluit hij.

Deze nieuwe behandeling, waarvan de eerste resultaten voorzichtig positief lijken, bevindt zich nog in een vroege testfase en moet nog een aantal onderzoeken doorstaan voordat ze officieel kan worden goedgekeurd.

Bron: www.hln.be/medisch