Deel 43: ’De ogen van gigolo M. glijden over het doekje op mijn hoofd, ik voel me ongemakkelijk’.
Auteur: MARITH IEDEMA - telegraaf.nl/vrouw
Column & opinie:
EIGEN BEELD.
Ik sjees over de snelweg, langs het ‘Cancer Center Amsterdam’. Het is aardedonker buiten, dus de lichtgevende letters vallen op. Een week geleden lag ik daar in een zaal vol zieken, aan een infuus met chemotherapie. Morgen moet ik weer.
Maar vanavond stap ik uit mijn rol van kankerpatiënt en in mijn rol van ‘seksjournalist’. Ik ben onderweg naar radiozender SLAM.fm, waar ik straks een uur lang over mijn lievelingsonderwerp praat. Seks. Ik zucht eens diep. Het is iets uit een ander leven.
Máák er wat van tussen de lakens, onder álle omstandigheden. Kijk naar de mogelijkheden, naar wat nog wel kan. Dat was altijd mijn motto.
Tja… Ik geloof er nog steeds in. Alleen gaat de vlieger niet op als je je doodziek voelt. De afgelopen tijd was seks simpelweg geen optie. Intimiteit met Duncan zat in andere dingen: een koud washandje op mijn voorhoofd, een arm over mijn schouder, een duwtje in mijn rug tijdens een fietstochtje.
Ik denk aan de mail die ik gister van een lotgenoot kreeg. We doorlopen hetzelfde traject. Ze ondergaat net als ik chemotherapie. Daarna worden we allebei jarenlang met medicatie in de overgang gebracht, omdat hormonen een boost zijn voor onze kankersoort.
„Ik heb totaal geen zin meer Marith. Ik vrees voor mijn seksleven, en dus voor mijn relatie.”
Ik moest even slikken. Haar angst is de mijne. Maar ik ben vastbesloten er straks het beste van te maken. Er is leven in de overgang! Sinds kort is bekend dat ‘het libido’ helemaal niet bestaat. Je moet je openstellen voor seksuele prikkels om opgewonden te raken. En oké, sommige omstandigheden zijn uitdagend. Maar waar een wil is, is een weg.
Gigolo M.
De meest seksgerelateerde activiteit van afgelopen maand was het kijken van de documentaire ‘Gigolo’s’ op Videoland met vriendin L. Daar voelde ik me net goed genoeg voor. Ik languit op de bank onder een dekentje met een glas water, zij ernaast met een glas wijn.
Vriendin L. en ik fantaseerden vroeger over een date met twee beeldschone gigolo’s. We stonden op het punt ons plan uit te voeren, toen mijn onverwachte zwangerschap roet in het eten gooide. Daarna brak er een pandemie uit. En toen kreeg ik kanker.
We bekeken de film - giebelend als twee tieners. Bij het zien van gigolo M.’s eightpack gleed mijn vriendin zowat van de bank. „Ik wil hém!” riep ze watertandend. Niet gek. M. heeft het lijf van een Griekse god en een echte Prodent-smile.
Maar bij mij gebeurde er níks, nada, noppes. Dat was niet alleen de schuld van mijn ziekte. M. is geen type waar ik op val. Toch was ik een beetje jaloers op L.’s vermogen om zó te smachten. Zou ik dat ooit nog ervaren?
Ik loop de studio in, knipper met mijn ogen. Eén keer, twee keer. Verdomd. Hij is het. Hij is het écht.
„Drie keer raden wie te gast is bij Cirque Erotique,” app ik L.
Dan schud ik Gigolo M. de hand. Hij lacht zijn prachtige witte tanden bloot. Zijn ogen glijden even over het doekje op mijn hoofd, over mijn haarstuk van eigen haar.
Ik voel me ongemakkelijk.
Ik ben minder grauw en grijs, sinds mijn laatste ziekenhuisopname. Maar het houdt nog niet over. Ik heb nog maar een paar dunne wimperhaartjes, en ook mijn wenkbrauwen verlies ik langzaam maar zeker. Tel daar mijn ‘prednisonkop’ bij op en er is geen ontsnappen meer aan: zelfs met een dikke laag make-up en pruik zie ik er niet uit.
Het mag de pret niet drukken. Het komende uur ga ik mijn oude zelf zijn: scherp en levenslustig. Dus tover ik een grote lach tevoorschijn, en vraag of Gigolo M. wat voor me wil doen.
„Mijn vriendin is fan van je,” leg ik uit.
Ik film. Gigolo M. knoopt zijn bloes langzaam open. Daar zijn ze: de spieren waar L. van droomt.
„Hoi L.,” zegt hij zwoel. „Het is zó jammer… dat je hier nu niet bent.”
Ik verzend de video.
„Je bent bijna jarig. Leuk cadeautje?”
Bron: www.telegraaf.nl