Deel: 133 ’Kanker heeft me veel ontnomen: een zorgeloze toekomst, een tweede kind, genieten van seks’.
Auteur: Marith Iedema - telegraaf.nl/vrouw
Column.
Marith Iedema: ’Ik leg mijn handen op mijn borstkas en adem diep in en uit, om mijn hartslag omlaag te krijgen. Het is onbegonnen werk.’
„Eh, één seconde,” zeg ik.
Ik typ razendsnel een e-mail af en druk op verzenden.
„Gaat het wel?” vraagt T.
Professioneel blijven. Ik knik met een geforceerd lachje.
De waarheid: niet echt. Ik ben all over the place. Adrenaline houdt me op de been, compenseert het gebrek aan slaap, aan eten, want ik krijg geen hap door mijn keel.
’s Nachts lig ik uren naar het plafond te staren. Ik heb maandenlang veel te hard gewerkt aan mijn nieuwe erotische boek Dubbelleven, en nu zit ik in de vreselijke fase dat het aan de man moet worden gebracht.
Ik maak me zorgen of al mijn inspanningen niet voor niks zijn geweest. Of mensen het wel gaan kopen, gaan lezen. En op de achtergrond sluimert de uitnodiging voor de volgende scan, die ik vorige week in mijn brievenbus vond. Weer een ’moment van de waarheid’.
Marith Iedema: ’Adrenaline houdt me op de been, compenseert het gebrek aan slaap, aan eten, want ik krijg geen hap door mijn keel.
Eigen beeld.
Migraine:
Oké. Podcast. Ik open Word. Letters dansen voor mijn ogen. Rustig. Zo wordt het niks vandaag. Ik leg mijn handen op mijn borstkas en adem diep in en uit, om mijn hartslag omlaag te krijgen. Het is onbegonnen werk. Er speelt te veel. Mijn gedachten schieten alle kanten op en mijn lijf denkt dat ik op de vlucht ben. Zelfs een gezond mens, iemand die geen zware medicatie slikt en spuit, zou onrustig worden van mijn to-dolijst. Maar voor mij is het eigenlijk niet te doen.
Als ik die avond thuiskom heb ik hoofdpijn die aan migraine grenst. Ik ben misselijk, zie sterretjes. Kreunend laat ik me op de bank vallen. Duncan kijkt hoofdschuddend op me neer.
„Waarom dóé je dit eigenlijk, dit boek?” zucht hij.
Ik veer verrassend energiek omhoog en kijk de man van mijn leven boos aan.
Ik snauw dat dit nou eenmaal mijn werk is. Ja, een boek publiceren heeft een prijs. Dat had het voor kanker al. En nu helemaal.
„Wat moet ik dan? Het níet doen?”
Duncan schudt met zijn hoofd. „Nee, nee – tuurlijk niet,” mompelt hij.
Zorgeloze toekomst:
Kanker heeft me veel ontnomen. Een zorgeloze toekomst. Een tweede kind. Genieten van seks. Maar mijn werk heb ik nog. Dat laat ik me niet afpakken.
Even later zitten we zwijgend naast elkaar op de bank. Noah ligt in bed.
„Het is vast niet helemaal rationeel…” begint Duncan. „Maar ik haat het om je zo te zien. Ik ben bang voor de scan. Er is een relatie tussen kanker en stress, toch?”
Ik leg mijn hand op zijn arm.
„Ja, er is enig bewijs voor een verband tussen langdurige stress en een verhoogd risico op kanker, maar die relatie is complex.”
Hij knikt.
„En mijn stress is niet chronisch hè, maar tijdelijk. Nog éven tanden op elkaar en doorbikkelen – dan ga ik rustig aan doen. Dat beloof ik.”
Bron: www.telegraaf.nl