Deel 10: ’Terwijl vriendlief masturbeert, legt de dokter alles uit over het ivf-traject’.
Auteur: MARITH IEDEMA - telegraaf.nl/vrouw
Columns & opinie.
„Derde kamer, aan je linkerhand.”
„Sorry – wat?” stamelt Duncan.
De arts glimlacht vriendelijk. ,,Omdat we eicellen én embryo’s invriezen moet de kwaliteit van jouw zaad getest worden. Was dat niet duidelijk?”
„Jawel. Alleen wist ik niet dat dit eh, ter plekke moest.’’ Hij maakt een hulpeloos gebaar. ,,Maar dat ligt vast aan mij. De afgelopen tijd was nogal hectisch.”
Hectisch. Dat is een understatement.
De gynaecoloog kijkt begripvol.
„Wanneer was je laatste zaadlozing?” vraagt ze dan.
Mijn geliefde, meestal bijzonder open over seks, kijkt ongemakkelijk. Ik knik hem bemoedigend toe.
„Drie dagen geleden,” zegt hij.
„Oh mooi!” antwoordt de arts enthousiast. Ze schuift het potje verder zijn kant op.
Ivf:
Duncan staat op en loopt met lood in de schoenen de spreekkamer uit.
Terwijl vriendlief masturbeert, legt de dokter uit wat er allemaal bij een ivf-traject komt kijken. Ik word de komende weken volgepompt met hormonen. Elke dag moet ik mezelf injecteren met akelig grote naalden. Ik moet om de haverklap naar het ziekenhuis voor controle-echo’s. Het oogsten van de eitjes - aan het eind van de rit - is een pijnlijk proces, waar ik ook na afloop nog veel last van kan hebben.
„Jawel. Alleen wist ik niet dat dit eh, ter plekke moest.’’ Hij maakt een hulpeloos gebaar. ,,Maar dat ligt vast aan mij. De afgelopen tijd was nogal hectisch.”
Hectisch. Dat is een understatement.
De gynaecoloog kijkt begripvol.
„Wanneer was je laatste zaadlozing?” vraagt ze dan.
Mijn geliefde, meestal bijzonder open over seks, kijkt ongemakkelijk. Ik knik hem bemoedigend toe.
„Drie dagen geleden,” zegt hij.
„Oh mooi!” antwoordt de arts enthousiast. Ze schuift het potje verder zijn kant op.
Ivf:
Duncan staat op en loopt met lood in de schoenen de spreekkamer uit.
Terwijl vriendlief masturbeert, legt de dokter uit wat er allemaal bij een ivf-traject komt kijken. Ik word de komende weken volgepompt met hormonen. Elke dag moet ik mezelf injecteren met akelig grote naalden. Ik moet om de haverklap naar het ziekenhuis voor controle-echo’s. Het oogsten van de eitjes - aan het eind van de rit - is een pijnlijk proces, waar ik ook na afloop nog veel last van kan hebben.
„Ik moet wel héél nodig plassen,” zeg ik dan.
„Ga maar,” zegt ze. „Dan bestel ik in de tussentijd alvast je medicatie.”
Schaamhaar:
Derde kamer, aan mijn linkerhand. Dat zei ze toch? Straks klop ik bij de verkeerde man aan. Dat zou wat zijn.
Ik blijf stilstaan voor kamer drie.
„Dunc, doe open! Ik ben het,” sis ik.
De deur wordt van het slot gedaan. Daar staat Duncan, in het steriele kamertje, met zijn erectie in zijn hand. Hij kijkt gefrustreerd. Op de tv speelt een pornofilm uit de jaren negentig. Ik zie grote bossen schaamhaar. Duncan háát schaamhaar.
„Gaat het schat?” proest ik.
„Néé. Het gaat niet! Mijn vrouw heeft kanker en ik sta hier te rukken in een afwerkkamertje! Ik denk afwisselend aan embryo’s en jouw kale hoofd. Dit is de minst geile situatie op aarde!” Hij knikt naar het scherm. „En die film helpt ook niet mee.”
Ik probeer mijn gezicht in de plooi te houden.
„Ik krijg zo nog blaren op m’n lul,” moppert hij.
Ik barst in lachen uit. Dat lucht op.
Duncan ontdooit langzaam.
Ik trek hem naar me toe. Ik voel zijn lichaam ontspannen. Op zijn gezicht ontstaat een kleine grijns.
„Laat mij maar. Relax.” Ik zet de tv uit, leg mijn warme handen op zijn billen en we zoenen.
Voor even vergeten we waar we zijn - waaróm we hier zijn. Heel even voelt alles normaal en veilig. Mijn wereld bestaat uit Duncans tong en mond.
„Hou je ogen dicht,” fluister ik, terwijl ik op mijn knieën zak.
Even later leveren we een vol potje in en mogen we naar huis.
Bron: www.telegraaf.nl