De laatste fase in een zorginstelling.

02-03-2019 21:16



Kunt of wilt u niet thuis sterven, dan kunt terecht in een zorginstelling. Er zijn verschillende mogelijkheden:


  • een hospice of bijna-thuis-huis
  • een verpleeghuis met een palliatieve unit 
  • een woonzorgcentrum
  • soms: het ziekenhuis



Vaak kunt u zo'n instelling vooraf bezoeken, om te kijken wat het best bij u past. Overleg ook met uw naasten en (huis)arts wat het beste voor u is.


Bij uw beslissing kunnen meespelen:


  • de sfeer
  • of er voldoende privacy is
  • de zorg die gegeven kan worden
  • de afstand voor uw familie en vrienden
  • of u uw eigen huisarts houdt of niet


Ga voor een overzicht van zorginstellingen in uw buurt naar de website van het netwerk palliatieve zorg in uw regio. 


Verpleeghuis/palliatieve unit:

In een verpleeghuis wonen vooral mensen die altijd zorg nodig hebben. Bijvoorbeeld mensen die dementeren of gehandicapt zijn geraakt door een beroerte. Aan een verpleeghuis zijn eigen artsen, verpleegkundigen en andere zorgverleners verbonden, zoals psychologen en fysiotherapeuten. Zij zijn er voor de bewoners, ook in hun laatste fase.


Een groot aantal verpleeghuizen heeft een aparte afdeling met eenpersoonskamers. Deze zijn speciaal gereserveerd voor mensen die binnenkort komen te overlijden. Bewoners kunnen de kamers inrichten zoals zij dit willen. Ook mensen van buiten het verpleeghuis kunnen hier terecht. Een verpleeghuis kan een alternatief zijn voor het thuis sterven. U heeft privacy en rust. Meestal zijn ook vrijwilligers bij de zorg betrokken.


Woonzorgcentrum (voorheen verzorgingshuis)

Verblijft u in een woonzorgcentrum, dan is de situatie voor een groot deel hetzelfde als beschreven bij 'zorg thuis'. Thuis is dan uw kamer of appartement in een verzorgingshuis. Uw medische verzorging verloopt in eerste instantie via uw eigen huisarts. 


Sommige verzorgingshuizen bieden palliatieve terminale zorg voor niet-bewoners. Een woonzorgcentrum kan dan een alternatief zijn voor thuis sterven. De zorg wordt gegeven door professionele verzorgenden aangevuld met zorg door vrijwilligers. De huisarts is verantwoordelijk voor de medische zorg.


Ziekenhuis:

Soms overlijden mensen in het ziekenhuis. Bijvoorbeeld omdat ze na opname in het ziekenhuis niet meer terug kunnen naar huis of naar een zorginstelling, zoals een hospice of bijna-thuis-huis.


Mensen die gaan sterven krijgen bijna altijd een eigen kamer. Meestal kan de naaste familie dag en nacht op bezoek komen. Soms kunnen familieleden ook blijven logeren.


Enkele ziekenhuizen hebben een speciale afdeling voor patiënten in hun laatste levensfase. Zo'n afdeling ziet er wat huiselijker uit. De zorg is speciaal gericht op deze patiënten.


Verklaring nodig van uw huisarts of specialist:

Voor een verblijf in een zorginstelling heeft u een terminaalverklaring nodig. Hierin staat in dat uw arts verwacht dat u nog maximaal 3 maanden te leven heeft. In werkelijkheid kan de laatste fase ook langer of korter duren dan 3 maanden.


Kortdurende zorg in een instelling:

In een woonzorgcentrum, verpleeghuis of hospicevoorziening kunt u ook tijdelijk verblijven. Dat kan de thuissituatie voor een poosje ontlasten. Is iemand die voor u zorgt ziek, dan kan een tijdelijk verblijf ook nodig zijn. Verder kan een tijdelijke opname nodig zijn als u een kortdurende behandeling van uw klachten moet ondergaan. 




Bron: www.kanker.nl