Controle.
Is de behandeling afgerond, dan blijft u nog een tijd onder controle. Een ander woord voor controle is follow-up.
U kunt onder controle blijven:
- voor 5 jaar
- voor 10 jaar
- uw hele leven
Dit hangt af van de soort kanker en de behandeling die u heeft gehad. Vaak wordt u de eerste tijd elke 3 maanden gecontroleerd. Later kan dat elke 6 maanden of eens per jaar worden.
Vraag uw arts:
- hoe vaak u moet terugkomen
- voor hoelang
- welke onderzoeken u dan krijgt
Laat u goed voorlichten over waarop u wordt onderzocht. Vraag wanneer u de uitslag krijgt en op welke manier. Maakt u zich tussendoor zorgen over een klacht die u heeft? En bent u bang dat de kanker is teruggekomen? Vervroeg dan uw afspraak.
U kunt hiervoor ook bij uw huisarts terecht.
Niet verplicht:
Het onderzoek in de controleperiode is niet verplicht. U kunt ervoor kiezen er (verder) van af te zien. Overleg daarover met uw arts. Vraag waar u op kunt letten en welke verschijnselen of klachten kunnen wijzen op terugkeer van de ziekte. U kunt de controle op elk moment weer oppakken.
Liever langer onder controle:
Er zijn ook mensen die langer onder controle willen blijven dan de periode die de arts heeft voorgesteld. Geldt dit voor u, bespreek dit dan met uw arts. Vertel hem waarom u onder controle wilt blijven. En probeer daar een redelijke afspraak over te maken.
Angst:
Sommige mensen vinden het een prettig en veilig idee om regelmatig naar het ziekenhuis terug te gaan. Anderen zien juist elke keer weer erg op tegen de controle. Ook nog jaren na de behandeling. Elke controle is weer spannend.
Veel mensen zijn bang dat er weer wat wordt ontdekt. Die angst zit vaak diep, en kan zomaar ineens opkomen. Bij elke lichamelijke klacht of pijn legt u misschien een verband met kanker. Ook al weet u eigenlijk wel dat het een 'gewone' kwaal kan zijn, zoals verkoudheid of griep. Mensen uit uw omgeving realiseren zich vaak niet hoe sterk die angst is. Daardoor begrijpen ze uw reactie soms niet.
Heeft u een lichamelijke klacht, ga dan naar uw huisarts of ga eerder naar uw specialist. U kunt hem vertellen waarover u zich zorgen maakt. Ziet uw arts geen reden voor verder onderzoek? Spreek dan af wanneer u terugkomt als uw klacht niet overgaat.
Bron: www.kanker.nl