Behandeling.
De operatie (diagnose, operatief onderzoek) die nodig is om vast te kunnen stellen of er inderdaad sprake is van zaadbalkanker, is tevens het begin van de behandeling. Daarna zal in principe altijd een vervolgbehandeling nodig zijn.
De drie belangrijkste behandelmethode bij zaadbalkanker zijn chirurgie, bestraling (radiotherapie) en chemotherapie. Daarnaast kan worden gekozen voor een wait and see methode: om de drie maanden controle, bloed en scans, en zodra de waarden zouden stijgen onmiddellijk chemotherapie.
Je kunt ook een combinatie van deze behandelmethoden krijgen. De keuze van de behandeling hangt samen met de uitgebreidheid van je zaadbalkanker en je prognose.
Omdat zaadbalkanker weinig voorkomt, wordt de vervolgbehandeling bij voorkeur gegeven in een gespecialiseerd behandelcentrum, of in zeer nauw overleg met zo’n ziekenhuis.
Bij het vaststellen van het behandelplan zijn meestal verschillende specialisten betrokken.
Doel van de behandeling
De behandeling van zaadbalkanker heeft bijna altijd tot doel volledige genezing te bereiken. Ook als er uitzaaiingen zijn op het moment van de diagnose, wordt meestal genezing bereikt.
Een behandeling die gericht is op genezing wordt een curatieve behandeling genoemd. Onderdeel daarvan kan een aanvullende behandeling zijn. Bijvoorbeeld radiotherapie na het weghalen van de zaadbal, om eventuele niet-waarneembare uitzaaiingen te bestrijden (adjuvante behandeling). Hiermee wordt de kans op genezing vergroot.
Als de zaadbalkanker niet (meer) curatief kan worden behandeld, is een palliatieve behandeling mogelijk. Zo’n behandeling is gericht op het remmen van de zaadbalkanker en/of vermindering van de klachten.
Bij het vaststellen van het behandelplan zijn meestal diverse specialisten betrokken. Zij maken hierbij gebruik van gezamenlijk vastgestelde richtlijnen.
Bron: www.zaadbalkanker.nl